Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [28]Daar bukt zich de gemene man, en [29]de aanzienlijke man vernedert zich; daarom [30]zult Gij het hun niet vergeven. 28. Te weten voor de afgoden. 29. Zie de aantekening Ps.4:3, Ps.49:3. 30. Anders: Vergeef het hun niet; en aldus zijn het woorden van den profeet, God den Heere aansprekende en biddende dat Hij de afgodendienaars wil straffen vanwege hunne afgoderij.